Skip to main content

“Als jij niet naar je eigen aandeel in onze relatie wil kijken, doe ik het (weer) alleen.”
Een opmerking die ik in mijn praktijk regelmatig hoor.

Soms merk je het aan iets kleins.
-Je begint een gesprek.
-Je partner zucht.
-Of zegt: “Daar gaan we weer.”
-Of kijkt weg.
-Of wordt stil — zo’n stilte waarvan jij automatisch meer gaat praten.
En voor je het weet, ben jij weer degene die voelt, denkt, onderzoekt, nuanceert, verbindt… en de ander die vooral hoopt dat het gesprek snel voorbij is.

Waar hebben we het dan over?
Over dat patroon waarin:
-Jij vertelt wat iets met je doet – en je partner zegt dat je “te gevoelig” bent.
-Jij zegt dat je je alleen voelt – en je partner reageert met feiten, oplossingen of “Ik doe het ook nooit goed.”
-Jij deelt wat je nodig hebt – en je partner hoort: kritiek
-Jij neemt verantwoordelijkheid voor jouw stuk – en je partner blijft hangen in wat jíj anders zou moeten doen.
-Jij opent een gesprek – en je partner wil niet praten.
-Jij probeert meer – en de ander doet juist minder.

Dat zijn de momenten waarop de scheefgroei begint:
Eén onderzoekt zichzelf.
Eén verdedigt zichzelf.
En de verbinding neemt af.

Wat er onder de oppervlakte gebeurt?
Eén van jullie denkt:
“Ik fix dit wel.”
“Ik moet het beter uitleggen.”
“Als ik maar rustig blijf.”
De ander denkt:
“Ik doe het nooit goed.”
“Laat maar.”
“Ik wil geen gedoe.”
En daardoor blijft alles zoals het is.

Het echte probleem?
Niet dat jullie botsen.
Niet dat jullie verschillen.
Maar dat slechts één van jullie bereid is naar binnen te kijken.

Dat maakt gesprekken zwaar.
Miscommunicatie groter.
Elke poging tot verbinding lastiger.

Wanneer je het werk alleen doet, dan gebeurt dit:
-Je stelt vragen, maar je partner ervaart ondervraging.
-Je zoekt verbinding, maar je partner voelt druk.
-Je deelt je gevoelens, maar je partner hoort verwijt.
-Jij groeit… maar je beweegt weg van je partner.
Zo wordt liefde een opgave in plaats van thuiskomen bij elkaar.

Wat wél werkt
Niet harder trekken.
Niet nóg beter je best doen.
Niet de verantwoordelijkheid voor twee dragen.
Maar:
Duidelijk zijn: “Dit kan ik niet alleen.”
Grenzen stellen: “Ik wil praten, maar wel samen.”
Je eigen patroon herkennen: pleasen, fixen, overfunctioneren.
De ander uitnodigen zonder te duwen: “Wat doet dit met jou?”
Zelfreflectie kun je niet afdwingen, maar je kunt wel aangeven wat jij nodig hebt om in de relatie te blijven staan.

Wanneer jij stopt met compenseren, gebeurt er één van twee dingen:
1. Je partner beweegt mee.
Of
2. Het wordt pijnlijk zichtbaar dat je al langer alleen was dan je dacht.

Beide geven helderheid.
Beide brengen rust.
Beide helpen jullie — of jou — verder.

Voor stellen die vastlopen in dit patroon
In mijn praktijk begeleid ik stellen én individuen die merken dat de balans zoek is en daar samen niet uitkomen.

Wil je onderzoeken wat jullie dynamiek is en wat er nodig is om elkaar weer te kunnen vinden?
Weer contact te maken dat echt voelt, en weer een team te worden?

Plan even een vrijblijvend kennismakingsgesprek.